De rechtbank Rotterdam heeft uitspraak gedaan over het beroep van NS tegen het besluit van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) om NS een boete van ruim €40 miljoen op te leggen. De ACM had de boete opgelegd omdat NS volgens de ACM een economische machtspositie heeft op het Hoofdrailnet (HRN) en NS van die machtspositie misbruik maakte op een andere markt, namelijk de markt van de Limburgse OV-aanbesteding, door gebruik te maken van een roofprijs.

Minister van Financiën informeert Tweede Kamer

Op verzoek van de vaste commissie voor Financiën van de Kamer informeerde Hoekstra, de minister van Financiën, over de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank is van oordeel dat de ACM niet overtuigend heeft bewezen dat NS een economische machtspositie heeft op het HRN.

De ACM heeft geen onderzoek gedaan naar de voorwaarden waaronder de Staat de concessie voor het HRN aan NS heeft verleend. Dat onderzoek had de ACM naar het oordeel van de rechtbank wel moeten doen om vast te kunnen stellen of NS daadwerkelijk een economische machtspositie op het HRN heeft.

De rechtbank is verder van oordeel dat het gedrag van NS in de Limburgse OV-aanbesteding niet onder de reikwijdte van het verbod op misbruik van een economische machtspositie valt, omdat het verband tussen de Limburgse OV-concessie en de positie van NS op het HRN na 2024 te onzeker is. Aan de vraag of het bod van NS in de Limburgse OV-aanbesteding daadwerkelijk verlieslatend was, is de rechtbank niet toegekomen.

Zes weken om hoger beroep in te stellen

Lees ook  Treinschatten: NS zet vol in op duurzaamheid met pop-up upcycle shop

De boete van ruim €40 miljoen die de ACM aan NS en een aantal dochterondernemingen oplegde wegens misbruik van een economische machtspositie bij de aanbesteding van het openbaar vervoer in Limburg in 2014, blijft niet in stand. Partijen hebben zes weken om hoger beroep in te stellen bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.

Parliament Binnenhof The Hague
Print Friendly, PDF & Email